‘Waterpop is om te zoenen’
Waterpop beleeft dit jaar haar 35ste editie.
Hoewel veel andere festivals in de loop der jaren
moesten afhaken omdat het publiek wegbleef, wordt
de geschiedenis van het Wateringse festijn gekleurd
door successen. Toch wordt het affiche dit jaar
gekenmerkt door een wel erg triest kijkende
vis.
Wat is er aan de hand!
door Hans Piët
Wateringen - Wat een somberheid. Tenminste! Wie naar de poster van het Waterpop Festival kijkt, kan bijna geen andere conclusie trekken, dan dat er iets goed fout zit. De vis, die in verschillende ‘kunststreken’, al 35 jaar het symbool vormt van wat al snel te boek stond als ‘het gezelligste festival van Nederland’ en die reputatie jaarlijks ook ruimhartig waarmaakt, heeft nooit eerder zó somber gekeken. Tussen een sprankelende programmering maakt hij de indruk de diepte in te willen duiken om nooit meer aan de oppervlakte terug te keren.
Wat is er aan de
hand? Heeft de economische crisis ook Waterpop, dat zich dit jaar op 10 en 11
augustus opnieuw afspeelt in het Hofpark in Wateringen, in haar greep. Dient de
vis als voorbode voor de slotmededeling dit jaar, dat editie zesendertig er helaas niet
kan komen omdat de financiële middelen ontbreken en alle sponsors hebben
afgehaakt. Dat lijkt vrijwel onmogelijk. De rechtgeaarde Westlander houdt van
traditie. Bovendien is zo’n financiële injectie goed voor de reputatie van een
bedrijf. Het toont hoezeer de firma hart heeft voor de (lokale) samenleving, waar
hij al dan niet deel van uitmaakt. Daarbij gaat het bij zo'n contract niet om tienduizenden euro's. En wat is er mooier, dan op bijvoorbeeld een
bijeenkomst, te worden aangesproken met: “ik begrijp dat jij Waterpop
financieel ondersteunt. Gelukkig maar, want ik heb dit jaar weer zo genoten”.
Eerste plattegrond voor de pers om zijn weg door het park te vinden. |
De
gemoedelijkheid en charme, die een flinke
injectie krijgen door de bomenhaag en die antieke molen als
decor – hij waakt als een oude man over het wel en wee in het park – laat ook
de artiesten niet ongemoeid. Zelfs jaren later is er, bij het
noemen van
Waterpop, soms sprake van een met
weemoed gevulde terugblik. Spelen op Waterpop
is
niet zomaar optreden op een festival, zo blijkt. De onbevangenheid van de
toehoorder en het
enthousiasme van dat zeer gemêleerde publiek, als
iets goed
uitpakt, maken een onuitwisbare indruk. Om die reden rangschikt een groot
aantal muzikan-
ten de prestatie in Wateringen vaak, en dan zonder
aarzeling, bij
zijn beste. Praat met John Watts,
zoals in mei dit jaar voorafgaande aan het
Bevrijdingsfestival aan het Spuiplein in Den Haag,
en je hoort hoe Waterpop
zijn carrière een nieuwe
injectie gaf. De wisselwerking met het publiek was
zo
goed, dat hij, anders dan bij concerten die aan
Waterpop voorafgingen,
ouderwets stond te vlammen met zijn nieuwe begeleiders (The Cry). Toeval wilde,
dat er een aantal vertegenwoordigers van platenmaatschappijen aanwezig was. Na dat optreden stonden ze in de rij
om de contractloze Watts een overeenkomst aan te bieden.
Reputatie
Zou die vis zo somber kijken omdat hij omringd had willen worden door meer klinkende namen. Dat zou de reputatie van Waterpop geen goed hebben gedaan. Wat het festival deels zijn glans geeft, is juist dat affiche met (voor niet muziekliefhebbers) onbekende namen. Het succes en daarmee de charme ligt hier verscholen in de ontdekkingstocht (‘nooit van gehoord, maar wat is dit goed!’). Bovendien is er de brugfunctie. Ook hier wordt door musici in gesprekken naar gerefereerd. “Waterpop gaf mij als eerste de kans voor een groot publiek op te treden”.
Affiche van dit jaar: 2012 |
De kracht van de
programmeurs, die in feite een uit de hand gelopen familiefeest organiseren waarin ook een rol is weggelegd voor theater, ligt niet bij het opstuwen van het bezoekersaantal. Vast
gegeven is namelijk, dat het Hofpark bij 25.000 liefhebbers vol is. Komen er
veel meer dan betekent dat waarschijnlijk het einde van Waterpop. In 1989 was
die angst even aanwezig. Len Mostert, in de jaren tachtig en negentig
Waterpop-woordvoerster, herinnert zich hoe in dat jaar De Dijk optrad. De
bekendheid van de Amsterdamse groep schoot in de weken voor het optreden als
een speer omhoog. “Het gevolg was, dat het publiek massaal toestroomde. Zozeer
zelfs dat het uit de hand dreigde te lopen. Niet alleen het park stond bomvol,
ook de langs het festivalterrein gelegen Heulweg moest, voor het eerst, worden
afgesloten voor verkeer omdat hij helemaal was gevuld met mensen”.
Ruud van Luyk, de
ex-voorzitter van de Stichting Waterpop zegt, gevraagd om een reactie, lachend,
dat wel eens overwogen is de twee programmeurs uit die tijd; Aad van Rijn en
Henny van der Klaauw, te ontslaan. “Dat tweetal had een bijzondere neus voor
opkomend talent. Ik herinner mij hoe ze in 1996 Slagerij van Kampen hadden
gecontracteerd. Op dat moment wees niets op een doorbraak. Een paar maanden
later werd bekend, dat de groep was gevraagd voor de muzikale omlijsting bij de
opening van de Arena in Amsterdam. Opeens wilde iedereen Slagerij van Kampen
zien. Het is zelden zo druk geweest in zowel het Hofpark als in Wateringen”.
Gras
Eigenlijk heeft die vis geen enkele reden om triest te zijn. Hij zou, met een gitaar in de hand, vrolijk over het affiche moeten huppelen. Want tja, zelfs de gemeente is er in die 35 jaar van overtuigd geraakt dat Waterpop in een belangrijke behoefte voorziet. Om die reden zijn onlangs nog zes bomen, geïnfecteerd met de watermerkziekte, gekapt, “want stel je voor dat zo gevaarte tijdens het festival op Waterpoppers terecht komt”, aldus een gemeentelijke woordvoerder. Dat was in 1995 wel anders.
Gras
Eigenlijk heeft die vis geen enkele reden om triest te zijn. Hij zou, met een gitaar in de hand, vrolijk over het affiche moeten huppelen. Want tja, zelfs de gemeente is er in die 35 jaar van overtuigd geraakt dat Waterpop in een belangrijke behoefte voorziet. Om die reden zijn onlangs nog zes bomen, geïnfecteerd met de watermerkziekte, gekapt, “want stel je voor dat zo gevaarte tijdens het festival op Waterpoppers terecht komt”, aldus een gemeentelijke woordvoerder. Dat was in 1995 wel anders.
"In dat jaar besloot de gemeente drie maanden voordat het festival zou plaatsvin-
den, het gras te vernieuwen", aldus Ellen Mostert.
Affiche uit 1998. De vis is een ontwerp van Dennis van Schie. |
Dus gelukkig
ondervond het festival, dat plaatsvond
onder een stralende hemel, geen enkele
hinder van deze gemeentelijke actie”.
Eigenlijk zou die
vis fier, met zijn borst vooruit en
met een brede glimlach om de lippen, de wereld
moeten inkijken. Want, erkenning is er volop. Zo was
er in 2005 nog De
Loftrompet. Deze onderscheiding van de gemeente Westland - een bronzen beeldje
en een geldbedrag - kreeg Waterpop omdat de jury van deze vrijwilligersprijs,
het een fantastische prestatie vond dat ‘een muziekfestijn van een dergelijke
omvang nog steeds gratis toegankelijk is’. Tien jaar eerder (in 1995) wilde de wethouder
van cultuur mevrouw Roorda van Eijsinga, samen met burgemeester Van den Bos,
laten weten hoezeer ze zelf, jaarlijks, genoten van het festival. Om die reden
werd de Wateringse Cultuurprijs bedacht, waarvan Waterpop het eerste exemplaar
ontving. De bokaal, ontworpen door de Nederlandse kunstenaar Niek Zwartjes en
gemaakt in Tsjechië, ging vergezeld van een oorkonde met onder meer de
opmerking: ‘de inspirerende en enthousiaste wijze waarop de Stichting Waterpop
de popcultuur uitdraagt, is een bewijs van het bloeiende en culturele leven in
de gemeente Wateringen’. Zou die vis vinden dat hij weer een prijs verdiend!
Een van de eerste (vrolijke) vissen, die de Waterpop-organisatie gebruikte om affiches en persinformatie in te kleuren. |
Zwemmen
Misschien is de
mooiste onderscheiding wel de waardering van het publiek. Zij laat in een
enquête weten Waterpop zeer op prijs te stellen. ‘Het is een festival om te zoenen, zo
gaaf’. Een andere invuller meent: ‘Het Hofpark biedt de juiste entourage om
lekker te zoenen, zeker als de muziek een zwoele ondertoon heeft en de zon haar
warmte spreidt’. Ook dat het terrein wordt omringd door water, wordt gezien als
een pluspunt.
Vraag dat maar aan
Richard Ashcroft, de zanger van de Verve. Hij besloot in 1994, na een partijtje
voetbal, waarvoor in de plaatselijke speelgoedwinkel een bal werd gekocht, nog
even te gaan zwemmen. Ashcroft liet zich enigszins voorzichtig in het water
glijden, deed enkele slagen en werd toen verrast door de enorme stank, die zo’n
veredelde open riool voortbrengt. Zelden stond iemand zo snel weer op de kant. Tijd om te douchen was er niet. De stank was enorm, maar omdat het publiek op
veilige afstand van het podium was te vinden, hadden alleen zijn collega’s er
last van.
© Haags Nieuws Bureau 2012
© Haags Nieuws Bureau 2012
Geen opmerkingen:
Een reactie posten