Een nooit geplaatste fles
door Hans Piët
DEN
HAAG – Als ondernemer is het starten van een
bedrijf, dan wel het uitbouwen ervan
geen eenvoudige zaak. Zeker bij de keuze van een net iets andere aanpak. Ook in de Residentie is er dan de confrontatie met een gemeenteapparaat dat zich weinig flexibel
opstelt. Er zijn regels en daar dient iedereen zich aan te houden. Kiezen voor
een uitzondering wordt zelfs niet overwogen, want als er een schaap over de dam
is, volgen er meerdere. Wie vermoedt dat dit protocol er een van de laatste
jaren is, zal bij het terugbladeren in de Haagse geschiedenis vaststellen dat
het al honderden jaren speelt.
Een voorbeeld uit die lange reeks is terug te vinden in de jaren dertig van de vorige eeuw. De jaren van de grote depressie met haar enorme werkloosheid. In zo’n klimaat lijkt het stimuleren van de economie prioriteit. De geschiedenis leert echter dat Haagse ambtenaren daar heel anders over dachten. Het gevolg van die stugge houding is, dat het zomerseizoen van 1933 een belangrijke toeristische trek-
Een voorbeeld uit die lange reeks is terug te vinden in de jaren dertig van de vorige eeuw. De jaren van de grote depressie met haar enorme werkloosheid. In zo’n klimaat lijkt het stimuleren van de economie prioriteit. De geschiedenis leert echter dat Haagse ambtenaren daar heel anders over dachten. Het gevolg van die stugge houding is, dat het zomerseizoen van 1933 een belangrijke toeristische trek-
Krantenadvertentie van het roomijs dat iedere huisvrouw haar gasten zou moeten aanbieden. Foto: PR. |
pleister misloopt.
Melkinrichting De Nieuwe Landbouw, op 28
januari 1925 bij koninklijk besluit goedgekeurd en ontstaan uit het
samensmelten van de bedrijven De Landbouw en De Hoop, heeft namelijk plannen om
op het Stille Strand in Scheveningen een plaats te verwerven. Het bedrijf van de
in 1874 in Soerabaja geboren directeur Herman Beer kiest daarbij voor een
verrassend onderkomen. Dat de melkinrichting heel creatief is in het zichzelf
aan klanten presenteren, bewijzen onder meer de krantenadvertenties waarin de
letters N en L - niet alleen verwijzend
naar De Nieuwe Landbouw maar ook naar een worstelend Nederland - een centrale rol spelen. Zo worden producten als room, yoghurt, en
eieren in die reclames omschreven als N(ergens) L(ekkerder). Beer, afkomstig
uit Amsterdam, maar inmiddels woonachtig aan de Van Merlestraat 102, wil met die publicaties tevens een melkmonopolie in Den Haag
voorkomen en Rotterdammers buiten de deur houden. ‘Bent u het daar mee eens
betrek dan uw melkproducten van de N.V. De Nieuwe Landbouw. Zo werkt u mee aan
het handhaven van de vrije concurrentie in Den Haag’.
Het drie kleuren ijs dat in de zomer bij de voordeur wordt afgeleverd door de zogenoemde wijkknechten. Foto: PR. |
thuis op elk gewenst uur van de dag’.
Het bedrijf heeft er
speciale, zogenoemde wijkknechten voor in dienst, die niet alleen Den Haag, maar
bijvoorbeeld ook Wassenaar en Loosduinen bedienen. Een halve liter ijs kost 70
cent. Voor een liter moet 125 cent worden neergeteld. Om die dienst te kunnen aanbieden is wel een verklaring nodig van de directeur van de Keuringdienst van Waren voor het gebied 's-Gravenhage. Voldoet de aanvraag niet aan het Consumptie-ijsbesluit van 1929 (nr. 321) en 1930 (nr. 476) dan is het bereiden, vervoeren, behandelen of in voorraad hebben verboden.
Hoewel het met bijvoorbeeld de in 1879 begonnen firma De Sierkan om een stevige concurrent gaat, doet De Nieuwe Landbouw, met een bedrijfskapitaal van 100.000 gulden, goede zaken. Gevestigd aan de Noord-West Buitensingel 50 in Den Haag krijgt de naamloze vennootschap in 1931 van burgemeester & wethouders
toestemming tot het uitbreiden van de door elektromotoren gedreven
zuivelinrichting met stoomketel in perceel Noord-West Buitensingel 51. Wat De
Nieuwe Landbouw bij velen populair maakt, is de prijs van haar boter, die zo’n
tien cent per pond lager is dan bij concurren-ten. Zo kan ze Delftsche grasboter
aanbieden voor 80 cent per pond en verse Australische grasroom-boter voor 55
cent per 5 ons. Al die boter is alleen te koop in de groothandel (tevens
filiaal) die is gevestigd in de Piet Heinstraat 51A.
Begin 1933 wil het bedrijf, dat handelt in
zuivelproducten, fijne vleeswaren en conserven, zijn inkomsten nog wat
stimuleren en bedenkt een uit hout opgetrokken flesvorm. In afmeting is deze 7
meter hoog en 3 meter in doorsnede. Volgens Herman Beer, getrouwd met de in
Italië geboren Emma Giulia Longo en vader van twee kinderen, is het geen
zitgelegenheid. Hij dient slechts voor de verkoop aan voorbijgangers van melk per glas,
gazeuse dranken als sodawater en consumptie-ijs. ‘De aan te wijzen plaats op
het Stille Strand laat ik graag aan uw college over’, schrijft hij.
In dezelfde brief van 17 mei 1933 merkt hij op voor nog drie andere plaatsen in Den Haag in aanmerking te willen komen namelijk de Duinlaan bij het eindpunt van buslijn M (Kijkduin), de Benoordenhoutseweg bij halte ‘Boschhek’, tegenover het benzinestation, en de Loosduinsekade hoek Apeldoornselaan.
Ludieke vondst
Hoewel Herman Beer, op 26 mei 1958 op
83-jarige leeftijd overleden, een foto van zijn fles meestuurt, wordt er op het
stadhuis nauwelijks enthousiast gereageerd op deze, toch op zijn minst, ludieke
vondst.
Op 29 mei volgt er een zakelijk antwoord. ‘We hebben vorig jaar al vergunningen ver-leend aan twee verver-singstenten op het Stille Strand. Een aan het einde van het pad in het verlengde van het Nieuwe Slag’.
In dezelfde brief van 17 mei 1933 merkt hij op voor nog drie andere plaatsen in Den Haag in aanmerking te willen komen namelijk de Duinlaan bij het eindpunt van buslijn M (Kijkduin), de Benoordenhoutseweg bij halte ‘Boschhek’, tegenover het benzinestation, en de Loosduinsekade hoek Apeldoornselaan.
De trekpleister, die in 1933 was bedoeld voor het Stille Strand. Foto: PR. |
Op 29 mei volgt er een zakelijk antwoord. ‘We hebben vorig jaar al vergunningen ver-leend aan twee verver-singstenten op het Stille Strand. Een aan het einde van het pad in het verlengde van het Nieuwe Slag’.
Die plek was vergeven aan de heer J.W.C. Spaargaren. ‘De andere plek, aan het
einde van het pad in het verlengde van de Kwartellaan’.
Die standplaats was naar de heer S.T.M. Roodenrijs ge-gaan. ‘Zodoende kunnen wij geen
vrijheid vinden voor het plaatsen van nog meer van dergelijke tenten op genoemd
strand en kunnen we aan het in uw brief gedaan verzoek niet voldoen’.
Wat de ambtenaar niet vermeld, is dat de beslissing om niet meer dan die twee tenten toe te laten al werd genomen op10 april 1932. Gevolg is, dat nog zes andere aanvragen voor een plek op hetzelfde Stille Strand ook worden afgewezen. Dirk Middelkoop van de Laan van Meerdervoort 26 onderstreept in zijn schrijven dat er van concurrentie geen sprake zal zijn omdat de tenten ver genoeg uit elkaar liggen. Pierre Henri de Cates uit de Rochussenstraat 75, die hoopt op het einde van de Kwartellaan terecht te komen schrijft: ‘Ik heb die plaats heel hard nodig om voor mij en mijn gezin brood te verdienen’. De ambtenaar laat, aan al degenen die achter het net vissen, weten nog wel een standplaats
voor een verversingstent beschikbaar te hebben aan het einde van de
Kranenburgweg. ‘Nabij de Steigerweg. Mocht u in aanmerking willen komen dan
moet u contact opnemen met de Dienst der Gemeentewerken aan het Groenewegje
171’. Bij zijn brief aan De Nieuwe Landbouw voegt hij de alinea toe: ‘Belangrijk is wel, op voorhand op te merken,
dat ingevolge het bepaalde van artikel 11 der Verpachtigingsvoorwaarden de
eventueel op te richten kiosk moet worden gebouwd overeenkomstig de door ons
vastgestelde tekening. Dat betekent dat de in uw bezit zijnde kiosk niet kan
worden geplaatst. Ook maken wij u er op attent dat een eventuele pacht aan de Kranenburgweg niet
langer zal kunnen duren dan tot 31 december 1934’.
En hiermee stierf het op z’n minst grappige ontwerp
een stille dood en was de poging van De Nieuwe Landbouw om op een positieve
manier bij te dragen aan de groei in toerisme definitief van de baan.