maandag 28 juni 2010

Parkpop

Den Haag verliest
glans als beatstad

door Hans Piët

DEN HAAG – Als beatstad heeft Den Haag een rijke geschiedenis. Het is dan extra triest te moeten vaststellen, dat er geen glorieuze toekomst in het verschiet ligt. Wat dat betreft, was de dertigste editie van Parkpop, zondag, een perfecte afspiegeling van die armoede. Dieptepunt was de bewerking van ‘In the Dutch mountains’ van The Nits tot ‘Achter de duinen’.
Pluspunt het feit dat het Haagse publiek zijn ware aard weer even toonde. René Bom dacht aan te zetten tot meezingen, maar helaas. Daar doet een Haags publiek niet aan. In de jaren zestig, zeventig en tachtig was het reden voor veel buitenlandse artiesten om juist voor de Hofstad te kiezen. Daar moest een publiek worden gewonnen, werd een concert, en daarmee het gekozen materiaal, niet verziekt met een met alles meezingende massa en was een band voor het leven ontstaan als de Hagenaar aan het einde – wanneer vrienden even de andere kant op keken – alsnog uit zijn dak ging.
Waar was dat jonge Haagse talent, dat de jubileumeditie van Parkpop speciale glans had kunnen geven door een bijzondere muzikale inbreng? Misschien is het er wel, maar werd het, in de aanloop naar het festijn en op de dag zelf, geen enkele kans geboden. Guus Dutrieux, als organisator, houdt namelijk niet van avontuur. Dat laat hij steeds opnieuw zien met de programmering. Deze drijft op een inmiddels al jaren achterhaalde formule waarin hardrock en reggae ijkpunten zijn.


Stekker

Het zou logisch zijn om als gemeente de stekker eruit te trekken. Nieuw initiatief leidt vaak tot verrassende zaken. Probleem is alleen, dat Den Haag weliswaar te boek staat als dé beatstad van ons land, maar dat de bestuurders absoluut geen kaas hebben gegeten van deze culturele uiting. Dat maakt Jetta Klijnsma (inmiddels ex-wethouder van cultuur) op een uitgelezen manier duidelijk met haar Haagse Popnota uit februari 2007. Het beleid tot 2012 is gericht op de ontwikkeling van jong talent, maar ook de artistieke diversiteit van de popmuziek moet worden gestimuleerd. Natuurlijk. Alsof er ooit - waar ook ter wereld - een overheid met het opstellen van beleidslijnen de cultuursector tot artistieke hoogtepunten heeft kunnen aansporen. Het tegendeel is eerder waar. Parkpop - waar de ooit als Haags talent te boek staande muzikanten tijdens ‘Achter de duinen’ het kleinste podium moesten delen - is een mooi voorbeeld. Deze editie was artistiek de meest schrale in 30 jaar. Niet één keer was er een vlam die echt oversloeg of een artiest die door de publieke reacties in creatief opzicht boven zichzelf werd uitgetild.

Faithless

Het excuus zal zijn dat het ‘ook wel erg warm was’. Onzin natuurlijk. Dat bewees het 40-jarig jubileum in Glastonbury afgelopen weekeinde in Groot Brittannië. Daar stond zanger Maxi Jazz van Faithless, aan het einde van het middagconcert, met tranen in zijn ogen. Het ijzersterke optreden had een ongekende eenheid tussen groep en publiek geschapen. Gevolg: 400.000 vingers

die in de lucht wezen terwijl ‘We come one’ klonk. En daarmee schreef de groep een stukje popgeschiedenis. Kijken wat er op 2 juli gebeurt tijdens het
optreden in het Westerpark in Amsterdam.
Tijdens Parkpop was er nergens die vonk. Natuurlijk liep er een enkele liefhebber van een bepaalde groep rond, maar, zoals eerder gebeurde, was het ook deze keer weer: “laten we naar Parkpop gaan. Voordeel boven het strand is dat we nog wat gratis muziek horen terwijl we bruin bakken”.
Overigens maakt Dutrieux handig gebruik van die popnota. Hij graait hier en daar (een overschot aan) ‘jonge’ (en daarmee goedkope) internationale musici weg voor Parkpop en houdt zo de gemeente te vriend. Dat zijn formule werkt, probeert hij – ook naar de sponsors toe - elke keer opnieuw te bewijzen met bezoekersaantallen. Tijdens het jubileum waren er volgens de organisatie ruim 200.000 mensen. Ach, tellen blijft moeilijk. Zelden was het Zuiderpark zo leeg. Als de helft is komen opdagen, is dat ruim bemeten. Misschien dat die sponsors voor de 31ste editie wat lastiger moeten zijn. Kwaliteit moeten eisen. Je naam verbinden aan een futloos festival, zo leert de geschiedenis, is namelijk alles behalve goede reclame.

© Haags Nieuws Bureau 2010

Geen opmerkingen:

Een reactie posten